Psalm 119 – De Verkondiging van de Vorm

In Psalm 119 staat in bijna elke zin een synoniem voor “woord van God”. Er zijn acht van deze trefwoorden. Elk heeft zijn eigen betekenis. Hier een overzicht.

HebreeuwsHSVNBV21Uitgebreide betekenis
ThoraWetWetOnderricht. Wat God ons leert hoe we leven moeten.
MitzwaGebodGebodWat God aangeeft dat je wel of niet moet doen.
ImrahBelofteBelofteUitspraak of machtswoord van God voor ons.
EdoethGetuigenisRichtlijnWat mensen van God hebben ervaren en opgeschreven. Ook de tafels met de tien geboden.
DabarWoordWoordWat God heeft gesproken
PiqoedBevelRegelOpdracht of aanwijzing van God, zoals van een opzichter of officier.
ChoeqVerordeningWetManier die God aangeeft om iets te doen, procedure.
MishpatOordeelVoorschriftRechtsregel, uitspraak van God als rechter.

Overigens komen deze nuances in betekenis in déze psalm in hun context niet zo naar voren. Ze worden vooral gebruikt als synoniemen.

Onregelmatig en toch kloppend

Elke strofe heeft acht regels en er zijn acht trefwoorden. Dan verwacht je natuurlijk dat alle trefwoorden in elke strofe voor zullen komen, maar dat is niet zo. Er zijn strofen waar maar 7 trefwoorden in voorkomen, in andere 9. Vaak komt hetzelfde trefwoord meerdere keren voor in dezelfde strofe en ontbreken andere. Het totaal klopt wel: in de hele psalm staan 176 trefwoorden. Net zoveel als het aantal regels!

Er zijn vier strofen waarin wel alle acht van deze trefwoorden voorkomen. Vier is de helft van acht. Dat is vast niet toevallig.

Vrouwelijke en mannelijke paren

Het is nog mooier. In de tabel zijn de eerste vier Hebreeuwse woorden vrouwelijk en de volgende vier mannelijk. Je kunt paren vormen, twee vrouwelijke en twee mannelijke, die elk samen 44 keer voorkomen. In totaal 176 dus.

Thora (wet) – Imrah (belofte)
Edoeth (getuigenis) – Mitswa (gebod)
Dabar (woord) – Choeq (verordening)
Mishpat (oordeel) – Piqoed (bevel)

Uw regelmaat

Meestal komen de trefwoorden voor in de 2de persoon enkelvoud. “Uw woord“, Uw wet, Uw bevelen, etc. Dat geeft ook een regelmaat, een soort rijm. In het Hebreeuws “Devarecha, thoratecha, piqoedecha. Er zijn wel uitzonderingen. Behalve de zinnen waarin geen enkel trefwoord voorkomt, staan ze in andere niet in de 2de persoon enkelvoud.

Van de vier strofen waarin alle acht trefwoorden voorkomen, is er maar één die ook hierin helemaal regelmatig is. De tiende (jod) strofe. Dat verwijst vast naar de tien geboden! 

Psalm 119: 73-80

Uw handen hebben mij gemaakt en bereid;
geef mij inzicht, zodat ik Uw geboden leer.

Wie U vrezen, zien mij en verblijden zich,
omdat ik op Uw woord gehoopt heb.
Ik weet, HEERE, dat Uw oordelen rechtvaardig zijn
en dat U mij in Uw trouw verdrukt hebt.
Laat toch Uw goedertierenheid er zijn om mij te troosten,
overeenkomstig Uw belofte aan Uw dienaar.
Laat Uw barmhartigheid over mij komen,
dan zal ik leven, want Uw wet is mijn bron van blijdschap.
Laten de hoogmoedigen beschaamd worden, die mij neerdrukten
met leugen, maar ík overdenk Uw bevelen.
Laten zich tot mij keren wie U vrezen
en wie Uw getuigenissen kennen.
Laat mijn hart oprecht zijn in Uw verordeningen,
dan zal ik niet beschaamd worden.

De verschillende synoniemen voor "woord" zijn als kaarsjes van verschillende kleur, die op een uitgekiende manier zijn opgesteld.

De boodschap van de vorm

Zit er een boodschap in de vorm van Psalm 119? Het lijkt er wel op!

    1. Dat de strofes acht regels hebben en dat er acht synoniemen van Gods woord gebruikt worden, zegt: ‘Gods woord is voor eeuwig‘.  Uitgewerkt in dit artikel. 
    2. Dat het totaal aantal synoniemen precies evenveel is als het aantal regels, zegt: ‘Gods woord is volmaakt‘. Dat staat ook in de psalm die aan de basis ligt van Psalm 119: Psalm 19:8: De wet van de HEERE is volmaakt.
    3. Dat alleen de tiende strofe helemaal regelmatig is, zegt het nog nauwkeuriger: ‘Alleen Gods wet is hier volmaakt‘.
    4. Dat voor de rest die synoniemen onregelmatig over de verzen zijn verdeeld, zegt: ‘Het lukt mij niet om die volmaakte wet te houden‘. Deze psalm heeft immers als thema ‘Gods woord en ik’. Wij maken er een rommeltje van. Bij sommige zinnen krijg je de indruk dat de dichter denkt dat hij wel vroom is. Wie op de wanordelijke verdeling van de trefwoorden let, weet beter. Dan is de laatste regel geen verrassing. Vers 176: Ik heb gedwaald als een verloren schaap…

Voor dit artikel heb ik, naast eigen onderzoek en interpretatie, uitgebreid gebruikgemaakt van het boek Psalm 119, The Exaltation of Torah van David Noel FreedmanOp de laatste bladzijde van dit boek staat: ‘The data presented here open new avenues of investigation of Psalm 119‘.  De focus op de bijzondere vorm van de tiende strofe en de betekenis daarvan is misschien mijn bescheiden bijdrage hierin.

Commentaar is welkom.

Psalm 119 – Mijn ziel kleeft aan het stof

Psalm 119:25 Mijn ziel kleeft aan het stof;
maak mij levend overeenkomstig Uw woord.

Mijn ziel kleeft aan het stof“. Dat kan verschillende dingen betekenen. In de Psalmen kun je dan het beste die verschillende betekenissen allemaal meenemen.

Als eerste duidt het op onze sterfelijkheid. “Stof bent u en u zult tot stof terugkeren” (Genesis 3). Dan is het gebed “Maak mij levend” niet anders dan een gebed om opstanding uit de doden. Meer nog, omdat er staat “overeenkomstig Uw Woord“, is het een beamen van een belofte van God, dat dat zal gebeuren! Zoals wij de belofte kennen uit Johannes 3:16. “Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.”

Ten tweede betekent “Mijn ziel kleeft aan het stof” dat we nog o zo vast zitten aan de stoffelijke dingen, in plaats van aan de eeuwige, die we niet zien. Dan houdt het gebed in dat God ons losmaakt van die aardse zaken. Hij doet dat ook. Als er weer eens een vlek zit op nieuwe kleren, of een kras op een nieuwe auto, dan zeg ik (met een knipoog): “Dat is de schuld van onze vaders! Want die hebben in ons bijzijn elke dag gebeden:

Doch geef, dat onze ziele niet
 aan dit vergank’lijk leven kleev’;

Maar alles doe, wat Gij gebiedt,
en eind’lijk eeuwig bij u leev’!”

Amen

Het stof van de voormalige luxe badkamer van Herodes de Grote in Massada, Israël

Psalm 119 – Eén van de acht

Hoe zou het boek Psalmen zijn samengesteld? Willekeurig? Op volgorde van binnenkomst, zoals de bundel Opwekking?

De alfabetpsalmen geven daar een blik op. Dat zijn de psalmen waarbij de regels achtereenvolgens beginnen met de letters van het Hebreeuwse alfabet. Er zijn er acht en ze komen nog in paren ook! In een vorig artikel heb ik laten zien dat het aantal acht staat voor “eeuwig”. Eeuwig geldig dus.

Cola

Alle psalmen zijn een aantal regels lang. Die regels bestaan elk uit een aantal korte zinnetjes die elkaar aanvullen. Taalkundigen noemen die zinnetjes “cola”. Vast omdat ze voor hun even belangrijk zijn als het gelijknamige drankje voor de jeugd. Een regel heeft één, meestal twee, maar soms meer van die zinnetjes. 

De Vreze des Heeren

Psalm 111 en 112 horen bij elkaar. Beide zijn een ABC van de Vreze des Heeren. Ze verschillen erin dat Psalm 111 gaat over De Heere. Waarom Hij te vrezen is en dat Psalm 112 gaat over Iemand die de Heere vreest. Wat dat uitwerkt. Beide psalmen zijn even lang. Steeds regels van één zinnetje per letter van het Hebreeuwse alfabet.

Gebed en verhoring

Psalm 25 en 34 zijn ook broertje en zusje. Psalm 25 zou je Het ABC van het gebed kunnen noemen en Psalm 34 Het ABC van de verhoring. Ook deze psalmen zijn even lang. Steeds twee zinnetjes per Hebreeuwse letter. Ze hebben ook allebei een afwijking. Er ontbreekt één letter (de waw), maar aan het eind is er een regel toegevoegd buiten het ABC. Die regel gaat over verlossing. Psalm 25:22 O God, verlos Israël uit al zijn benauwdheden.
Psalm 34:23 De HEERE verlost de ziel van Zijn dienaren; allen die tot Hem de toevlucht nemen, worden niet schuldig verklaard.

Goddelozen

Dan de psalmen 9/10 en 37. Beide alfabetpsalmen hebben standaard vier zinnetjes per Hebreeuwse letter. In beide psalmen zijn de goddelozen prominent aanwezig.

In Psalm 37 vergaat het die goddelozen slecht. Het thema van 37 kun je samenvatten als De Heere zorgt dat de rechtvaardigen de toekomst hebben en dat de goddelozen vergaan.

In Psalm 9 en 10 is het nog niet zo ver. Die zijn een verhaal apart. Samen vormen ze een alfabetpsalm, maar er zijn zoveel afwijkingen dat de HSV de Hebreeuwse letters er niet eens bij heeft gezet. Psalm 9 begint netjes volgens het Hebreeuwse alfabet, maar op een moment verdwijnt de regelmaat, dan gaan er letters door elkaar en tenslotte ontbreken er enkele. We zitten dan al in Psalm 10. Deze psalm eindigt correct met de vier laatste letters. Dit alles weerspiegelt de inhoud! Lees maar. Het begint als een lofpsalm, maar op een moment komt er grote ellende, veroorzaakt door de goddelozen. Terwijl in Psalm 37 het woord “rechtvaardigen” steeds terugkomt, gaat het hier over “ellendigen”, die door de goddelozen worden verdrukt. Aan het eind gaat God optreden en komt het weer goed. De Heere verlost de ellendigen van de goddelozen, maar de goddelozen doen nog veel kwaad is een redelijke samenvatting.

Ook de breuk van het alfabet in twee psalmen stemt overeen met de gebrokenheid van de inhoud. 

Gods Woord en Gods Lof

Nu komt Psalm 119, de Grote Alfabetpsalm. Het ABC van Gods woord en ik. Steeds acht regels die beginnen met dezelfde letter en die meestal uit twee zinnetjes bestaan. Samen dus zestien zinnetjes per letter.

Dan hebben we nog Psalm 145. Het ABC van Gods lof. De meeste alfabetpsalmen hebben dus een even lang “broertje of zusje”, maar nóg zo’n grote alfabetpsalm als 119 was vast te veel van het goede. Psalm 145 heeft twee zinnetjes per letter, veel kleiner dan 119.

Evenwicht

Psalm 145 is dus geen “geschikte partner” voor 119, maar zorgt wel voor evenwicht. Alle zeven alfabetpsalmen naast 119 hebben nu namelijk bij elkaar precies evenveel (16) zinnetjes per letter van het Hebreeuwse alfabet als Psalm 119! 

Twee sixteen-packs cola dus.

Daarnaast zijn ook het totaal aantal regels, zinnetjes en lettergrepen van de zeven psalmen vrijwel gelijk aan die van 119.

Volgorde

De volgorde van de besproken paren is zeker niet toevallig. De verhoring (34) komt na het gebed (25), de overwinning (37) komt na de moeite (9,10) en de uitwerking (112) komt na de oorzaak (111). Ook loopt de omgang met God en Zijn woord (119) uit op lof aan God (145).

Zorg

Uit dit alles blijkt dat de psalmen in het boek Psalmen met veel zorg zijn uitgekozen en geplaatst!

Veel oude kerken hebben ergens een achthoekig rozet in het plafond. Hier de Kathedraal van Metz

Voor dit artikel heb ik, naast eigen onderzoek en interpretatie, uitgebreid gebruikgemaakt van het boek Psalm 119, The Exaltation of Torah van David Noel Freedman