Het werk van Casper Labuschange heeft me opmerkzaam gemaakt op het gebruik van symbolische aantallen door de bijbelschrijvers.
Dit is wat anders dan Kabbala! Daarbij gaat men ervan uit dat er in de Hebreeuwse taal op een geheimzinnige manier verbanden zitten doordat woorden met eenzelfde getalswaarde met elkaar te maken hebben. Ze rekenen dan wel met een door mensen bedacht systeem om de woorden van een getalswaarde te voorzien.
Daarentegen is het wel aannemelijk dat de samenstellers van de Bijbel, met datzelfde getalssysteem, woorden en zinnen hebben zitten tellen om tot een symbolisch aantal te komen voor een bepaalde passage. Dat symbolische aantal moest dan overeenstemmen met de inhoud.
Bijvoorbeeld in het Scheppingsverhaal komen we het aantal 7 heel vaak tegen.
Opvallend is het voorkomen van het aantal 26. Dat is de getalswaarde van de Naam van God JHWH – 10+5+6+5 = 26. Bijvoorbeeld Psalm 136 (Loof de Heer want Hij is goed) heeft 26 regels.
Ook het aantal 17 komt opvallend vaak voor. Veel meer dan bijvoorbeeld 16 of 18. Dat kan ook van de Naam van God afgeleid worden door in 10+5+6+5 eenvoudig de 0 niet mee te laten doen. 1+5+6+5 = 17. Er zijn andere verklaringen mogelijk. Zie General Introduction to Logotechnical Analysis.